Esdorpenlandschap karakteristiek voor Drenthe
De meeste dorpen in dit deel van Drenthe hebben hun oude karakter behouden, al verbergen nieuwbouwwijken steeds meer het dorpsgezicht van de grote dorpen. De kerktorens van Dwingeloo (met de ui of siepel) en Ruinen (met de hoge vlaggenstok) domineren nog van verre de omgeving.
Structuur van het esdorp
Bij Ruinen, Lhee, Dwingeloo, Ansen, Ruinen en Kraloo is de structuur van het esdorp herkenbaar. De boerderijen bijeen in het dorp, daarbuiten de gezamenlijke akkers op de essen en de lagergelegen groenlanden. Elk esdorp is nog geen brinkdorp. Een brink is een soort grasplein met vaak oude bomen, waar vroeger het vee verzameld werd voordat het ging weiden in de omgeving. Fraaie dorpsbrinken liggen in Dwingeloo, Ruinen en Lhee.
Herinnering aan het verleden
De brink van Ansen is in de loop der eeuwen bebouwd geraakt. Kraloo is een klein dorp met verspreide boerderijen met zogenaamde 'huisbrinken'. Lheebroek heeft door de langgerekte bebouwing meer het karakter van een wegdorp. Andere opmerkelijke gehuchten zijn Anholt en de Benderse. Het gehucht Anholt met zijn vierkante aanleg, heeft een eigen historie. Het is eeuwen geleden ontstaan als pleisterplaats op de postroute Groningen-Zwolle. Het gerestaureerde Olde Posthuus bewaart de herinnering aan het verleden toen deze herberg in de zand- en veenwoestenij een welkom rustpunt betekende. De route bestaat nog gedeeltelijk als zandweg en heet nog immer Postweg. De Benderse is een typische heideontginning, wat zichtbaar is in de rechthoekige percelering van de gronden en het vrij moderne boerderijtype. Vaak zijn er behalve landbouwgronden bossen aangelegd. Er zijn bossen die de naam van vóór de bosaanleg nog dragen, zoals het Lheeder- en Dwingelerzand. Alleen bij Ansen kreeg het ontginningsbos de naam naar de bomen: Anserdennen.